De eeuwige optimist zal beamen dat gelukkige mensen vaak ook een betere gezondheid hebben. Nu blijkt er ook wetenschappelijk bewijs te zijn dat deze stelling bevestigt. Zo zou een positieve houding inderdaad heel wat voordelen voor je geest én lichaam hebben.

Mensen die optimistisch in het leven staan, maken de helft minder kans om getroffen te worden door een cardiovasculaire aandoening zoals een hartinfarct of beroerte. Daardoor hebben ze ook meer kans om langer te leven en zijn ze minder vatbaar voor ziektes. Optimisten nemen verder ook slimmere beslissingen: ze maken gezondere voedingskeuzes en zullen minder snel getroffen worden door overgewicht.

Maar wat als je niet uiterst optimistisch denkt? Volgens psychologen is er een simpele truc om snel een positieve houding aan te nemen: apprecieer wat je hebt. Het verlangen naar iets dat (momenteel) buiten je bereikt ligt, zorgt ervoor dat je focust op het onwaarschijnlijke en onmogelijke. Een zonsondergang bekijken, je kind zien spelen, even in je tuin vertoeven: het geluk schuilt in alledaagse activiteiten, je moet het alleen willen zien.

Wat positieve denkers van andere kunnen leren, is dat er in het leven ook plaats is voor tegenslag. Optimisten vergeten vaak dat er ook negatieve gebeurtenissen plaatsvinden, waardoor ze soms moedelozer worden dan nuchtere personen.