Minder pillen? Meer psychologische begeleiding!

Kafka, zo zegt Koen Lowet: verplegers zijn geen hartchirurg, maar maatschappelijk werkers mogen wél psychotherapie geven. Lowet is klinisch psycholoog en psychotherapeut. Hij werkt zowel in een voorziening als in een privépraktijk. Hij is sectorverantwoordelijke klinische psychologie voor de Belgische Federatie van Psychologen.

De huisartsen moeten minder pillen voorschrijven, althans minder psychofarmaca. Volksgezondheid zal een commissie oprichten die richtlijnen moet uitvaardigen rond de medicamenteuze behandeling van geestelijke gezondheidsproblemen, helaas niet over de algemene behandeling (Huisarts moet pillengebruik afremmen, DM 13/8). Een gemiste kans, want als de huisarts minder pillen mag voorschrijven, wat is dan het alternatief? De psychiater, de klinisch psycholoog of de psychotherapeut?

Onlangs nog publiceerde Itinera een rapport over onze geestelijke gezondheidszorg (GGZ) in België. Het rapport schetste op nuchtere wijze een totaalbeeld over hoe onze GGZ georganiseerd is en met welke pijnpunten we te maken kregen. Eén van die pijnpunten, de overconsumptie van psychofarmaca, komt nu ook terug in de studie van het Riziv.

Patiënten met geestelijke gezondheidsproblemen krijgen vooral medicamenteuze behandelingen, terwijl internationale richtlijnen veeleer psychologische behandelingen naar voren schuiven. Het is een pijnpunt dat erg weegt op ons budget van de ziekteverzekering. Volksgezondheid zal nu een commissie oprichten om richtlijnen uit te vaardigen omtrent de medicamenteuze behandeling van geestelijke gezondheidsproblemen aan huisartsen. Weer een gemiste kans. Want waarom niet ruimer kijken dan alleen maar medicatie?

De Onafhankelijke Ziekenfondsen vroegen vorige week dat men eerst psychotherapie zou inzetten bij depressies bij jongeren vooraleer over te gaan tot medicamenteuze behandelingen. Maar is dat wel zo'n goed idee?

De titel van psychotherapeut is in België niet beschermd. Dat betekent dat iedereen een bordje voor de deur kan hangen met 'psychotherapeut'. Je mag echter niét zomaar problemen gaan behandelen, want dat is in strijd met de wet op de gezondheidszorgberoepen. Als je niet in die wet staat, beoefen je op onwettige wijze de geneeskunde. In realiteit gebeurt dat echter volop, zoals recente reportages van Koppen (Iedereen therapeut, 23/2/12) en Panorama (De mindfulnessbusiness, 16/5) aantoonden. Vooralsnog lijken de parketten hier weinig prioriteit aan te hechten. Zomaar op zoek gaan naar een 'psychotherapeut' op het internet lijkt dan ook niet meteen een goede keuze te zijn.

De psychiater is zowat het enige gezondheidszorgberoep in de GGZ waar je als patiënt daadwerkelijk terugbetaling krijgt als je daar psychotherapie volgt. Inderdaad, want die psychiater stelt niet alleen diagnoses of schrijft medicatie voor. Hij is de enige die psychotherapie mag verstrekken. De realiteit leert dat psychiaters hier nauwelijks nog aan toe komen. Wachtlijsten zijn zo lang geworden dat patiënten vaak enkel gezien kunnen worden ter opvolging van medicatie of dat men gewoon bij de huisarts blijft hangen.

Klinisch psycholoog
De psychiater duurt te lang, de psychotherapeut is te obscuur. En de klinisch psycholoog dan? De psychologie is de wetenschappelijke discipline waarbij men de psyche van de mens probeert te doorgronden. Psychologen studeren af na een rigoureuze vijfjarige universitaire opleiding. Psychologen die actief zijn in onze gezondheidszorg noemen we klinisch psychologen. Op dit moment zijn er naar schatting zo'n 12.000 klinisch psychologen actief in ziekenhuizen, centra voor geestelijke gezondheidszorg, privépraktijken... waar ze aan preventie, psychodiagnostiek en behandeling doen van het verstoorde psychisch functioneren.

Klein probleem: in tegenstelling tot de andere Europese landen is in België die klinisch psycholoog (nog) niet erkend als gezondheidszorgberoep. In feite beoefenen dus op dit moment die 12.000 goed opgeleide mensen op onwettige wijze de geneeskunde. In België wordt sinds 1993 bij wet enkel de titel van psycholoog beschermd door de Psychologencommissie. De wet laat evenwel niet toe om een onderscheid te maken tussen klinisch psychologen en andere waardoor ze niet bruikbaar is voor de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid.

Het gevolg van het uitblijven van deze erkenning is dat er geen terugbetaling is voor psychologische consultaties en dat de klinisch psychologen buitengesloten worden uit de gezondheidszorgorganen.

Willen we de algemene bevolking toegang verschaffen tot psychologische behandelingen, dan dient de klinisch psycholoog erkend te worden als gezondheidszorgberoep. Indien niet, dan blijft de toegang tot die klinisch psycholoog beperkt tot de gegoede middenklasse. De erkenning is een politieke kwestie.

Al meer dan 25 jaar ijvert de Belgische Federatie van Psychologen voor een erkenning van het beroep van klinisch psycholoog. Steevast krijgen we dezelfde boodschap: "Geen erkenning zonder een regeling voor de psychotherapie!" En daar knelt nu net het schoentje.  

Want psychotherapie is een populair concept geworden. Wat men echter schijnt te vergeten, is dat die psychotherapie een specialistische behandeling is van pathologie, die vaak complex en langdurig is.

De Hoge Gezondheidsraad gaf in 2005 al aan dat psychotherapie voorbehouden moet worden aan artsen en klinisch psychologen en dat de vorming op een universitair niveau diende te gebeuren. Dat is volstrekt logisch. Psychotherapeutische behandelingen vinden immers hun oorsprong in het wetenschappelijk onderzoek van de psychologie. Toch slaagt een partij zoals de PS erin om dit advies volstrekt te negeren. Voor de PS mogen maatschappelijk werkers ook gerust psychotherapie verlenen mits een bijkomende opleiding. Het is de wereld op zijn kop. Je laat toch ook niet toe aan een verpleegkundige dat die zich kan specialiseren tot hartchirurg? Maar blijkbaar hanteert men in de geestelijke gezondheidszorg andere kwaliteitscriteria.

Dure psychotherapie
Maar toch blijven we ons maar focussen op die dure, langdurige psychotherapie. Zelfs in die mate dat sommige ziekenfondsen het opgenomen hebben in hun voordelenpakket vanuit de aanvullende verzekering. Maar hoe ethisch is het om de eerste zes sessies van een behandeling terug te betalen, terwijl je weet dat die behandeling uiteindelijk misschien dertig sessies zal omvatten?

Een psychologische behandeling is echter kortdurend en kan ingezet worden bij milde en matige klachten, zelfs zonder dat er al sprake is van pathologie ter preventie. Een gemiddelde psychologische behandeling van een angststoornis omvat acht sessies. Acht sessies van pakweg 60 euro tegenover een jarenlange behandeling met angstremmers. U mag zelf berekenen welke besparingen dit oplevert. Om nog maar te zwijgen van het ziekteverzuim dat hiermee voorkomen kan worden.

Laat ons dus vooral blijven ijveren voor die erkenning van de klinisch psycholoog en ons niet laten ophouden door die psychotherapie. Laat patiënten in de handen van kwalitatief goed opgeleide mensen en daarmee doen we de ziekteverzekering zelfs nog een plezier.

Leave a Reply