‘Meesteroplichter Stapel heeft de hele wetenschap geschaad’ – GEZONDHEID …


'Schokkend, ik kan het niet anders zeggen', zegt Bram Buunk, hoogleraar evolutionaire sociale psychologie van de Rijksuniversiteit Groningen en ex-collega van Diederik Stapel. Het vandaag gepresenteerde rapport over de affaire Stapel is voor de onderzoeker een opluchting. 'Het laat zien wat er allemaal mis is gegaan.'


'De manier waarop er onderzoek werd gedaan, was echt heel slordig en rommelig. Daar schrik je gewoon van.' De reputatie van de sociale psychologie is volgens Buunk daardoor enorm geschaad. 'Dit is de grootste fraude ooit, in de sociale psychologie maar misschien ook in de hele wetenschap. Stapel is gewoon een meesteroplichter.'

Buunk denkt dat verschillende factoren hebben bijgedragen aan de frauduleuze praktijken van Stapel. 'De man had een ongelooflijke goede reputatie in de wetenschappelijke wereld. Helemáál in Tilburg. Hij was charismatisch en dominant, maar ook intimiderend, waardoor je als promovendus niet tegen hem in durfde te gaan.' Daarnaast zat Stapel in verschillende redacties van wetenschappelijk tijdschriften en had hij een groot netwerk. 'Veel mensen hadden het idee dat ze een goede vriend van hem waren.'

Scherp
Sommige conclusies van de commissie Levelt zijn volgens Buunk wel heel scherp. 'Bij een experiment komt het vaak voor dat je de opzet verandert als het niet goed blijkt te zijn. Dat is juist goed.' Als voorbeeld noemt de hoogleraar onderzoek op basis van vragenlijsten. 'Als een proefpersoon alleen maar drie of vijf op alle vragen antwoordt, dan moet je die er gewoon uit halen. Maar je moet hier wel open over zijn. Transparantie is belangrijk.'

Stapel ging daarmee een paar stappen te ver door zijn data zo aan te passen dat zijn hypotheses bevestigd werden. De sociaal-psycholoog vindt het opvallend dat Diederik Stapel helemaal niet vaak geciteerd wordt, iets wat in de wetenschap vrij belangrijk is. 'Hij had ook geen duidelijk theorievormend onderzoek.'

Niet representatief
De onderzoeken die Stapel in zijn Groningse periode uitvoerde, zijn volgens de hoogleraar niet representatief voor de faculteit. 'Stapel voerde 'sexy' onderzoek uit, bijvoorbeeld naar het Sinterklaaseffect bij kinderen. Dit waren vaak kleine onderzoekjes met weinig proefpersonen, waardoor één proefpersoon van invloed kan zijn op de resultaten.' Doorgaans doet de universiteit grotere onderzoeken met meer proefpersonen. 'Met dit rapport zijn de namen van verschillende onderzoekers in Groningen gezuiverd.'

In Groningen zijn er voldoende maatregelen genomen om herhaling te voorkomen. Zo is er een centrale dataopslag, die voor iedereen toegankelijk is. Buunk kijkt na de presentatie van het eindrapport het liefste alleen nog maar vooruit: 'Het verstandigste is om verder te gaan en niet te lang meer hier bij stil te staan.'

(Door: Mirjam van Putten )

Leave a Reply