Mensen die openstaan voor kinky sekspraktijken blijken mentaal gezonder dan wie zich beperkt tot brave seks. Ondanks eerdere verbanden tussen BDSM, misbruik en mentale stoornissen concluderen wetenschappers in de Journal of Sexual Medicine dat experimenteren tussen de lakens goed is voor je geestelijke gezondheid.

Voor het onderzoek werden 902 BDSM'ers en 434 mensen met een "normaal" seksleven grondig ondervraagd over hun persoonlijkheid, welzijn, gevoeligdheid voor afwijzing en betrokkenheid in relaties. Geen van de deelnemers kende vooraf het doel van de studie.

Verrassend gezond
Wie zich graag uitleeft met kinky seks blijkt minder neurotisch en extraverter te zijn. Bovendien ontdekten de psychologen van de Nederlandse Nyenrode Business Universiteit dat BDSM'ers zelfzekerder in hun relaties staan en zich over het algemeen ook beter in hun vel voelen.

Een mogelijke verklaring is dat openstaan voor dergelijke sekspraktijken je bewuster maakt over je eigenlijk seksuele lusten, waardoor je die sneller gaat uiten. Daar komt nog bij dat er vaak heel wat psychologisch denkwerk voorafgaat aan het accepteren van kinky kronkels die buiten de maatschappelijk aanvaarde lijntjes vallen.

Stoornis?
Toch vallen deze onderzoeksresultaten uiteraard niet te veralgemenen, aangezien de 'proefkonijnen' zich vrijwillig kwamen aanmelden. Wat dit onderzoek wel doet, is het argument (lees: jarenlange vraag) ondersteunen om BDSM te schrappen van de lijst met mentale stoornissen, beter gekend als de 'Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders' (DSM). Momenteel valt deze fetisj namelijk onder 'parafilie', de overkoepelende term voor alle "ongewone" seksuele voorkeuren.

(Door: Lynn Formesyn)