Minister Ivo Opstelten (Veiligheid en Justitie) laat onderzoeken of de Nederlandse terreurverdachte Sabir K. het geestelijk aan kan om te worden uitgezet naar de Verenigde Staten. Hij heeft het Nederlands Instituut voor Forensische psychiatrie en psychologie (NIFP) opdracht gegeven onderzoek te doen naar de geestelijke gezondheid van de man, zo schrijft hij in een brief aan advocaat André Seebregts.

Opstelten reageert daarmee op een verzoek van de raadsman. Seebregts schreef eerder aan Opstelten dat K., die in Pakistan gevangen heeft vastgezeten, door martelingen getraumatiseerd is en daarom om humanitaire redenen niet uitgeleverd zou mogen worden. K. zou leiden aan posttraumatische stressstoornis (ptss).

Geen besluit
De bewindsman schrijft dat hij in afwachting van de rapportage van het NIFP geen besluit neemt over de uitlevering, waarvoor de rechtbank en de Hoge Raad eerder geen juridische bezwaren zagen. Opstelten moet die uitlevering goedkeuren. Het is nog onduidelijk wanneer het onderzoek klaar is.

De VS willen K. vervolgen voor het beramen van aanslagen op militairen in Afghanistan. Dat zou hij in opdracht van terreurorganisatie al-Qaeda hebben gedaan. K. zit vast in Rotterdam. Hij werd opgepakt in Pakistan, zat daar 8 maanden vast en werd toen uitgezet naar ons land. K. werd op Schiphol direct in de boeien geslagen.

Schijnexecuties
In Pakistan hield de geheime dienst ISI hem op verschillende locaties vast, zo zegt hij zelf. Hij zou daar zijn onderworpen aan schijnexecuties, veelvuldig zijn geslagen tijdens verhoren, langdurig in de kou hebben verbleven en in onhygiënische omstandigheden hebben geleefd. Er deden al twee psychologen onderzoek naar K. Een van hen concludeerde dat hij inderdaad gemarteld moet zijn. Een andere psycholoog, die hem korter sprak, durfde daar geen uitspraken over te doen.

'Dat de minister Sabir laat onderzoeken is een aanwijzing dat hij de gevolgen van de martelingen serieus neemt', reageerde Seebregts. 'Ik verwacht dat de deskundige van het NIFP, net als de twee eerdere deskundigen, tot de conclusie komt dat mijn cliënt inderdaad zwaar getraumatiseerd is door wat hem is overkomen.'