Het college van bestuur van de UvA besloot dit op advies van het Landelijk Orgaan Wetenschappelijke Integriteit (LOWI). NRC Handelsblad meldt dat het gaat om een "geanonimiseerd besluit" waarin de namen van de academische belhamels wordt verzwegen.
De universiteit stelde in september 2012 een integriteitscommissie in na klachten over artikelen van Förster (uit 2009 en 2011) en een die hij in 2012 publiceerde samen met Denzler.
De klager had berekend dat "de kans op zulke fraaie uitkomsten 1 op 508 triljoen" was, schrijft het NRC. Het was bovendien uiterst verdacht dat geen van de 2.284 deelnemers stopte tijdens het onderzoek, wat bij psychologische experimenten zelden voorkomt. Het oordeel: "De conclusie dat er gemanipuleerd moet zijn met onderzoekgegevens wordt onontkoombaar geacht […] Op grond hiervan én daarbij mede op grond van de inadequate verantwoording van de dataverzameling en van de oorspronkelijke data, is sprake van schending van wetenschappelijke integriteit."